
VAN DE HOOFDREDACTIE
Op meerdere blogs lazen wij recent dat het CBR in 2027, als het zelfstandig bestuursorgaan 100 jaar bestaat, graag het predikaat ‘Koninklijk’ voor haar naam wil krijgen. Los van het feit dat deze titel niet verworven kan worden door delen van de overheid zelf duid alleen al de gedachte daaraan op volstrekte zelfoverschatting. Wie nog even dacht dat het een 1 april grap was komt bedrogen uit; het CBR bracht het nieuws op 2 april naar buiten.

Het CBR stelt zich met haar bijna 1500 medewerkers al vele jaren structureel boven de wet. Volgens ingewijden staat het CBR met al haar zelfbedachte en onwettige regels ver bovenaan als het gaat om een onbetrouwbare en ontspoorde overheid. Allesbehalve koninklijk. De Raad van Toezicht functioneert slecht en kijkt bij meldingen vooral de andere kant op. Ondanks het feit dat het CBR in de jaren tussen 2018 en 2022 onder Verscherpt Toezicht was gesteld door het ministerie van Infrastructuur & Waterstaat is de chaos en onbetrouwbaarheid binnen het CBR sindsdien alleen maar toegenomen. Het is dankzij Alexander Pechtold en het struisvogelgedrag bij het Directoraat Generaal Mobiliteit van het ministerie dat die chaos buiten het zicht van de Tweede Kamer blijft.
De beschuldigingen van een grote groep ‘nieuwe’ examinatoren die duiden op ‘onbehoorlijk werkgeverschap’ zijn illustratief voor de bijna dictatoriale handelswijze van het CBR. Wanneer inderdaad één op de acht nieuw opgeleide en in dienst getreden examinatoren vroegtijdig hun droombaan weer moeten inleveren kun je stellen dat er grote kans is van ‘kwade opzet’. Dan is er of iets mis met de intake, met de door het CBR zelf verzorgde opleiding of je wilt als CBR alleen maar de indruk wekken dat er een flinke inspanning wordt geleverd om de eerder beloofde 100 extra examinatoren aan te trekken. In alle gevallen is er dan sprake van wanbeleid.
Bij de problemen die het CBR nu al vier jaar heeft met voormalig rijschoolhouder Henrie Kamps hoor en lees je dezelfde geluiden. Ondanks een rechterlijke uitspraak, die onderzoek naar misstanden bij het CBR toestaat, heeft het CBR al honderden praktijkexamens onwettig geannuleerd of afgebroken om ‘druk’ te zetten op een voormalig ‘klokkenluider’. Iemand die stoicijns doorgaat met het verzamelen van bewijs van onrechtmatig en onwettig handelen door het CBR.
Ondanks dat de Europese wetgeving de consument het recht geeft op dashcam-registratie van de examenrit hanteert het CBR zelfbedachte regels.
Het CBR ontwikkelde met overheidssteun een eigen rijopleiding, exploiteert deze in eigen beheer én bevoordeeld de RIS-gecertificeerde rijscholen boven onafhankelijke rijscholen. Een taak die wettelijke nooit toebedeeld werd aan het CBR.
Al in 2021 ondervond de Haagse rijschoolhouder Kris Kalloe de catastrofale gevolgen van het onwettig afkoppelen van het gaspedaal op de dubbele bediening door CBR examinatoren voorafgaand aan iedere examenrit. Zonder dat hij zelf in de lesauto zat tijdens een praktijkexamen van een leerling van zijn rijschool veroorzaakte een CBR examinator een crash met twee NS passagierstreinen door het examenvoertuig stil te laten vallen op de spoorwegovergang. Het procesverbaal van de politie wees de examinator aan als schuldige, maar de schade van 5 miljoen die de NS claimde werd verhaald op de Haagse rijschool.
Het gegeven dat topambtenaren van het Directoraat Generaal Mobiliteit – Kees van der Burg, Marion Smit en Bart Jan Westerhof (op foto) – als struisvogels hun kop in de grond steken, meldingen negeren of zelfs tegenwerken en daarmee belangrijke informatie weghouden bij verantwoordelijk ministers en de Tweede Kamer draagt er toe bij dat het beeld wordt versterkt dat we in een politiestaat leven en niet in een democratische rechtsstaat waar de wetten voor iedereen gelden!