Het nationaal loket Onrecht heeft professor Erwin Muller, voorzitter van de Raad van Toezicht op het CBR, op de hoogte gebracht dat uit onderzoek is gebleken dat hij structureel meldingen van grensoverschrijdend gedrag in de doofpot stopte. In het artikel op haar website schrijft het platform dat dit is gebleken uit WOO documenten die het CBR in 2023 op grond van de WOO (voorheen WOB) op haar website moest openbaren.
Hoewel het nationaal loket Onrecht officieel pas op 1 januari 2025 start en de nieuwe serie tv-programma’s pas in 2026 worden geprogrammeerd is de opvolger van de in 2021 vertrokken Jan Mengelers nu al schriftelijk geïnformeerd dat er onderzoek is gedaan naar zijn falen bij het toezicht op de directie van het CBR.
In meerdere artikelen op Onrecht.nl wordt geschreven dat onderzoek heeft aangetoond dat Erwin Muller meldingen verzweeg en weigerde onderzoek te doen naar misstanden, provocatie en bedreigingen door beide directeuren: Jan Jurgen Huizing en Alexander Pechtold.
Een woordvoerder van het onderzoeksplatform laat weten dat het beeld dat is ontstaan grote overeenkomsten laat zien met het ‘wegkijken’ van andere raden van toezicht. “We zien de laatste tijd wel vaker dat een Raad van Toezicht bestaat uit ‘ja-knikkers’. Zeker als er meldingen komen dat de directie misbruik van de macht maakt zou een Raad van Toezicht, zoals bij het CBR, meer verantwoordelijkheidsbesef moeten tonen. Het CBR stond op het moment dat de heer Muller werd benoemd niet voor niets ons verscherpt toezicht en was betrokken bij een onderzoek vanuit de Tweede Kamer. Tel daar de slechte reputatie van de heer Pechtold, dan zou je toch wat alter kunnen zijn als Raad van Toezicht, of als voorzitter van de Raad Van Toezicht.
Bij de publieke omroep en nu dus ook bij het CBR zie je dat een Raad van Toezicht, in dit geval zeker de voorzitter, in feite stoïcijns blijft als er meldingen komen over integriteitsschendingen door de directie. Wat stelt de term ’toezicht’ dan nog voor?”