Waar gaat de VekaBest ‘strijd’ om?

Echte opleiders kennen het belang van echte kennis van de theorie... nu de CBR directie nog!

Loading

Het is een discussie die al jaren speelt in de branche. De zogenaamde eendaagse theorie-‘opleidingen’ van aanbieders zoals TurboTheorie, NuTheorie, 123Theorie en anderen. Ik herinner mij persoonlijk nog dat in 2019 meerdere examinatoren in Enschede tegen mij zeiden: “Die eendaagse theorieopleidingen moeten we bestrijden, wij merken tijdens een praktijkexamen binnen 10 minuten al of iemand de theorie écht kent of dat iemand zo’n super-stoomcursus heeft doorlopen. Die zakken bijna altijd …”

In 2019 botste ik voor het eerst met directeur Bedrijfsvoering Jan Jurgen Huizing van het CBR, omdat ik had ontdekt dat het CBR voor miljoenen aan theorie-examens verkocht aan de eendaagse-opleiders op een manier die voor gewone rijscholen niet mogelijk was. De CBR Helpdesk-medewerker vertelde mij zelfs dat TurboTheorie rechtstreeks met de afdeling Planning belde om ‘groot in te kopen’. De volgende dag wilde een manager, die het gesprek had terug beluisterd, mij wijs maken dat het allemaal heel normaal was. Onder het mom ‘rijschoolhouders kun je alles wijsmaken…’

Nadat ik via een blog kritiek uitte op deze dubbele moraal duurde het niet lang voor de eerste dreiging van een schorsing volgde. Het was mijn eerste kennismaking met de CBR angstcultuur. Er zouden nog vele akelige ervaringen volgen. Maar ik ben gelukkig van ‘On bended knee is no way to be free!’

Nu even naar de berichtgeving rond Erik Kantelberg, de directeur van de bekendste uitgever van leermiddelen: VekaBest. Ik ken het bedrijf, omdat ik in de vijf jaar dat ik rijles gaf af en toe het busje in ging om producten in te kopen. Goed doordacht en steeds innovatiever.

VekaBest, ik denk Verjo ook wel, zijn serieuze uitgevers die flink investeren in goede leermiddelen en innovatie. Omdat ik uit de tv-wereld kom, weet ik hoe belangrijk de bescherming van auteursrechtelijk werk is. Dat deel moet VekaBest natuurlijk zelf verzorgen en naar wat ik gelezen heb slaagt de uitgever daar ook wel in.

Maar een andere kwestie is natuurlijk dat deze traditionele uitgevers last hebben, misschien wel serieuze omzetderving, van of door ‘bevoordeling’ van eendaagse opleiders door het CBR. Wanneer deze eendaagse aanbieders er in slagen om de indruk te wekken dat je in een halve dag de theorie kunt ‘leren’ en dat de slagingskans heel groot is, dan kost dat geld en kun je niet investeren in nieuwe leermiddelen.

Iedere professional weet dat de zo’n stoomcursus een farce is. De truc zit ‘m in voorkennis. Veel van de eendaagse opleiders ‘hengelen’ de vragen van de theorie-examens binnen.De CBR vragenbank of het uitserveren van de vragen bij het theorie-examens is benedenmaats en daar maken deze miljoenenbedrijven gebruik van.

Hoe is het mogelijk dat het CBR aan de ene kant, ik denk dan aan de examinatoren, een eendaagse opleiding afraad en NuTheorie vervolgens een plekje krijgt in de CBR opleidingsraad? Hoe kan het zijn dat de eendaagse opleiders ‘groot kunnen inkopen’?

Ik denk dat hier de commercie de overhand heeft bij het CBR. In 2019 was er al sprake van een miljoenen-omzet door verkoop van theorie-plekjes aan deze ‘bevoordeelde’ grootafnemers.

Mijn laatste bedrijf, Sport2Media, moest ervoor zorgen dat de populaire streaming video’s van alle Eredivisieclubs, het Nederlands elftal en Videoland niet werden gekaapt, misbruikt of wat dan ook. Het is onbestaanbaar dat het CBR niet kan zorgen dat eendaagse opleiders niet via illegale technieken de vragen van de examens binnen hengelen. VekaBest heeft juist aangetoond dat de vragen in de examenzaal worden ‘binnen gehengeld’ en hoe dat wordt gedaan. Het standaard antwoord van het CBR, ook van DGMO, is dat men niet bevoegd is om hier tegen op te treden. Men kan fraudeurs niet aanpakken, maar wel degene die de discussie aanzwengelt. Ik ken dat CBR gedrag maar al te goed. Klokkenluiders, die met de beste bedoeling melding doen, zijn de sjaak bij het CBR. Zo ook Erik Kantelberg. Dat is onverteerbaar. Ook dat gevoel ken ik.

Als kenner durf ik te stellen dat het CBR heel simpel de fraude kan bestrijden. Als ze dat doen hoef je de fraudeurs ook niet te vervolgen, al zouden ze het kunnen.

Het is natuurlijk volstrekt ongeloofwaardig dat het CBR, nu er door Erik Kantelberg aan de boom is geschud, in de media verkondigt dat de resultaten – het theoretische kennisniveau – er niet onder zouden lijden. Wie dat gelooft zal wel denken dat Sinterklaas nog echt bestaat.

Voordeel van het CBR doemdenken is natuurlijk wel dat je als CBR de fraude-opslag van €3,50 kunt rechtvaardigen. Dat levert volgens mij meer dan 3 miljoen op. Voor een tiende daarvan wil ik wel een advies schrijven. Maar ik verwacht dat het CBR, ook gezien onze ‘matige’ relatie, niet wenselijk is. De grootafnemers zullen dan het volume laten krimpen en je hebt als CBR geen onderbouwing meer voor het binnen graaien van drieënhalf miljoen euro voor zogenaamde fraudebestrijding…..

Het is nu aan de Vereniging ConsumentenBelang Autorijbewijs (VCBA) om de politiek te informeren dat de manier waarop het CBR de theoretische kennis ondergeschikt maakt aan het CBR verdienmodel op geen enkele manier bijdraagt aan echte Verkeersveiligheid. En dat die drieënhalf miljoen gewoon jatten van jongeren is.