Rijvisie

blog voor onafhankelijke rijscholen

R.I.S. – rijopleiding in stappen – onwettig?

Al jaren promoot en bevoordeeld het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen de in eigen beheer ontwikkelde en geëxploiteerde gemoduleerde rijopleiding R.I.S. Momenteel lijkt het er op dat het CBR een offensief is begonnen om de eigen rijopleiding daarvoor te gaan gebruiken waarvoor men aanvankelijk de prestatieladder had bedacht. Tweedeling! Doe je als onafhankelijke rijschool of rijinstructeur er verstandig aan om via deze CBR methodiek rijles te geven?

Nee is ons antwoord!

Net als de inschrijving van je rijschool bij het CBR, om zogenaamd via een machtiging van je leerlingen de examens voor de leerling te kunnen reserveren, geraak je als onafhankelijke rijschool in toenemende mate onder de machtsinvloed van het CBR. En dat kan een grote bedreiging voor je rijschool worden. Nu al maakt het CBR onderscheid in de kosten van R.I.S. Op de website van het CBR schrijft men: “De kosten van een RIS-rijopleiding verschillen per rijopleider.

Ja natuurlijk, iedereen merkt nu al dat je als R.I.S. rijschool bevoordeeld wordt ten opzichte van anderen. Uit steekproeven blijkt dat het R.I.S. praktijkexamen veel sneller beschikbaar is dan een niet R.I.S. praktijkexamen.

En ja, natuurlijk zijn er nog andere ‘voordelen’; zo heeft het CBR het voor elkaar gebokst dat zij de vijfjaarlijkse WRM praktijkbegeleiding mag uitvoeren voor RIS instructeurs. Er loopt echter een WOB verzoek om te onderzoeken of dit wettig is, want volgens de wetgever is deze taak voorbehouden aan I.B.K.I.

Maar los daarvan: wilt u volledig afhankelijk worden van de grillen van het CBR? Dat het CBR u een onvoldoende beoordeling bij de WRM praktijk begeleiding geeft als u kritisch bent, onvoldoende presteert of te weinig omzet oplevert? Wilt u in de toekomst gedwongen worden om een of meerdere elektrische Volkswagens ID4 aan te schaffen, omdat R.I.S. dat nu eenmaal vereist?

Datzelfde onderzoek levert het bewijs dat de Rijopleiding In Stappen een onwettig product is van het CBR. Op basis van de Wet Open Overheid zijn bij het ministerie alle relevante documenten, mails, sms-jes opgevraagd waaruit moet blijken of het Directoraat Generaal Mobiliteit van het Ministerie van Infrastructuur & Waterstaat ooit het CBR opdracht heeft gegeven om zelf een rijopleiding te exploiteren. Laat staan om een onderscheid te maken bij het beschikbaar stellen van reserveringsdata voor het praktijkexamen. Om R.I.S. kandidaten sneller een plek toe te spelen dan alle anderen.

Misschien nog wel kwalijker is dat uit onderzoek blijkt dat een fors percentage van de R.I.S. gecertificeerde instructeurs wel goede sier maakt met R.I.S. maar dat vooral doet vanuit marketing perspectief. In werkelijkheid krijgen de leerlingen niet de modulaire opleiding en vraagt de rijschool ook geen R.I.S. praktijkexamens aan voor kandidaten. Daar zou het CBR, als zij al van mening is dat het exploiteren van een Rijopleiding In Stappen, behoort tot de kerntaken die de wetgever haar heeft toebedeeld natuurlijk tegen moeten optreden.

Dat is gewoon misleiding! Pronken met een kwaliteitslogo en dito certificaat, maar vervolgens niet volgens de normering daarvan les geven. Het CBR zou dus controleurs in het veld moeten hebben, een eigen reserverings-plannings- leskaart systeem zoals Dation of PlanGo dat exploiteert voor de traditionele opleidingen.

Lezers berichten ons dat vooral grote opleiders in ras tempo hun instructeurs massaal trainen voor R.I.S. Wij kunnen ons niet aan de indruk onttrekken dat dit in overleg met het CBR plaatsvindt en uiteindelijk zal leiden tot een structurele bevoordeling van grote opleiders bij de wachttijden voor praktijkexamens.

En slimme zet, vooral nu het CBR vanwege de weerstand onder bijna 80% van de branche moest afzien van de prestatieladder.

R.I.S. 2.0 is een omgekeerde prestatieladder met hetzelfde doel. Onderscheid maken in wie er een praktijkexamen aanvraagt. R.I.S., onder de vleugels van het CBR, is na de inschrijvingsovereenkomst de volgende bedreiging voor uw onafhankelijkheid.

In artikel 23 van de Grondwet is vastgelegd dat het onderwijs voorwerp van overheidszorg is, en dat het geven van onderwijs vrij is, behoudens het bij de wet te regelen toezicht van de overheid. Het derde en vierde lid bevatten de grondwettelijke waarborgen met betrekking tot het openbaar onderwijs.

Loading